32 Antworten in diesem Thema

[keine Hoffung mehr]

Wer weis Näheres ?
Ist so etwas üblich bei solchen religiösen Vereinen ?


Internetseite von BNI 164

Please Login HERE or Register HERE to see this link!

"Oder nehmen wir die unverschämte Behauptung des Pee Koelewijn, der mich in Holland gegenüber dem "Reformatorisch Dagblad" vom 9. September 2002 als "Kinderschänder" bezeichnete. Dies war die Rache für eine Veröffentlichung in der BNI-Ausgabe Nr. 104, wo ich mit Foto veröffentlichte, wie der damalige Vorsitzende der holländischen Stiftung "Christenen voor Israel", Willem Glashouwer; dem israelischen Präsidenten Chaim Herzog einen Scheck über eine Million Dollar überreichte, anstatt uns bekennenden Judenchristen in unserem Bekenntniskampf zu helfen. Flügge war damals plötzlich verstorben, als ich ihn in seinem Haus besuchte und ich ihm vergab dafür, mich in Lebensgefahr gebracht zu haben. Koelewijn nahm nur unter Druck seine Behauptung zurück und verstarb mit 62 Jahren. Und auch in diesen Tagen hören Rufmordkampag-nen nicht auf."

-------
Die holländische Zeitung hat Folgendes veröffentlicht.
Wer kann es übersetzen ?
-


Datum: 17-12-1996

CvI neemt afstand van messiaanse organisatie
ZeLeM uit kritiek op Christenen voor Israël

Van onze kerkredactie
NIJKERK/GUNTERSBLUM - ,,Het niet nakomen van de bijbelse opdracht van elke christen om joodse christenen in Israël en daarbuiten te steunen met gebed, gaven en giften is duidelijke zonde en een fikse ongehoorzaamheid voor God".
Ds. P. J. Bonhof, vrij evangelisch predikant in het Groningse Foxhol, bekritiseert "Christenen voor Israël" in een rondzendbrief vanwege vermeende ,,blinde Israëlliefde" (filosemitisme). Stichting Christenen voor Israël (CvI) weerspreekt de kritiek. CvI-voorzitter ds. W. J. J. Glashouwer: ,,Ik meen dat wij als "Christenen voor Israël" goede theologische gronden hebben het joodse volk te troosten, ook met de daad".
Ds. Bonhof beroept zich in de rondzendbrief op de messiasbelijdende jood (en holocaustoverlevende) Klaus Moshe Pülz, die zowel in het Israëlische Herzliya een kantoor heeft als in het West-Duitse Guntersblum. Pülz is voorzitter van ZeLeM, een vereniging die als doel heeft het geloof in Messias Jezus in Israël te verbreiden.
De vrij evangelische predikant stelt in de brief dat het de opdracht van Pülz en alle andere christenen steeds weer is ,,het getuigenis van Jesjoea HaMessiach onversneden het volk van Israël voor te houden". Vervolgens doet hij een forse aanval op stichting "Christenen voor Israël".
Ds. Bonhof: ,,Als deze meent te kunnen volstaan met ludieke en commerciële dingen aan Israël aan te bieden, dan hebben zij het jammer genoeg mis. De Schrift leert dat er eerst gezorgd dient te worden, ook financieel, voor de huisgenoten des geloofs. Dat zijn in de eerste plaats toch de joodse christenen".
Afstand
Geconfronteerd met de inhoud van de rondzendbrief, zegt Pee Koelewijn van Christenen voor Israël dat zijn organisatie op het standpunt blijft staan dat niet een christen uit de heidenen maar messiasbelijdende joden het Evangelie moeten verkondigen aan medejoden. De CvI-woordvoerder stelt dat Christenen voor Israël contacten onderhoudt met messiasbelijdende voorgangers en gemeenten.
Verder zegt Koelewijn dat hij nadrukkelijk afstand neemt van de persoon van Klaus Moshe Pülz. ,,Ik verwijt hem, op grond van informatie die ik van drie verschillende personen ontving, een onchristelijke levenswandel".
Desgevraagd zegt ZeLeM-voorzitter Pülz de beschuldiging van Koelewijn inzake zijn levenswandel een grote zonde te vinden. ,,Ik maak overigens wel vaker mee dat als geld een rol gaat spelen mensen tot beschuldigingen overgaan. Bovendien voerde ik met twee van de drie personen die Koelewijn als bron aanvoert in het verleden correspondentie omdat ze me al eerder zonder bewijsvoering belasterden".
CvI-voorzitter ds. W. J. J. Glashouwer zegt zich te distantiëren van alles wat met K. M. Pülz te maken heeft. ,,Ik heb christelijke redenen hier niet verder op in te gaan. Met ds. P. J. Bonhof wil ik wel komen tot een theologische doordenking".
Datum: 10-01-1997

Pee Koelewijn betreurt uitlating over K. M. Pülz

Van onze kerkredactie
NIJKERK - Pee Koelewijn, bestuurslid van Christenen voor Israël (CvI), betreurt de uitspraken die hij vorige maand tegenover deze krant heeft gedaan over de Israëlische messiasbelijdende jood Klaus Moshe Pülz.
Koelewijn reageerde zeer kritisch op Pülz. De vrij evangelische ds. P. Bonhof gebruikte een citaat van deze Israëli in een publieke rondzendbrief om kritiek te leveren op het beleid van Christenen voor Israël. Volgens ds. Bonhof komt CvI de bijbelse opdracht om messiasbelijdende joden te ondersteunen niet na. De predikant noemde dat in zijn rondzendbrief ,,een duidelijke zonde en fikse ongehoorzaamheid voor God". Eerder reageerde Pülz zelf ook zeer kritisch op het beleid van CvI.
In een reactie nam Koelewijn in de krant van 17 december afstand van de persoon van Pülz. Hij verklaarde: ,,Ik verwijt hem, op grond van informatie die ik van drie verschillende personen ontving, een onchristelijke levenswandel".
In een woensdag verzonden brief aan Pülz biedt Koelewijn vanwege deze gedane uitspraak zijn ,,welgemeende verontschuldigingen" aan. Hij betreurt het niet de weg te zijn gegaan die Matthéüs 18:15-17 in dezen voorschrijft.
Datum: 04-04-1997

Koelewijn trekt beschuldiging tegen Pülz in

Van onze kerkredactie
NIJKERK - Pee Koelewijn, bestuurslid van Christenen voor Israël (CvI), heeft zijn beschuldiging tegen de Messiasbelijdende jood Klaus Moshe Pülz ingetrokken. Koelewijn had Pülz in december beticht van een ,,onchristelijke levenswandel".
Die beschuldiging zette kwaad bloed bij Pülz, die zijn stichting Zelem belasterd zag. Via een raadsman eiste hij dat Koelewijn zijn woorden zou intrekken. Koelewijn bood een maand later alleen zijn verontschuldigingen aan.
Mr. P. T. Pel, de raadsman van Pülz, vond dat daarmee de beschuldiging niet van de baan was en dreigde een kort geding aan te spannen wegens laster. Koelewijn heeft zijn beschuldiging nu ingetrokken. Volgens mr. Pel neemt zijn cliënt genoegen met dit gebaar.
Ds. P. J. Bonhof, contactpersoon in Nederland van de organisatie van Pülz, zei vanmorgen in een reactie dat het blazoen van Pülz nu is gezuiverd. Hij vindt het jammer dat dit onder dwang moest. ,,Ook wil CvI slechts 1000 gulden onkostenvergoeding betalen in plaats van de 2000 die wij vragen. Daarover moeten we nog met elkaar spreken".
Datum: 10-09-2002

Pee Koelewijn (1940-2002)

NIJKERK - Na een ziekbed van enkele dagen is Pee Koelewijn, de motor achter Christenen voor Israël, vanmorgen overleden. Hij had hartklachten. Koelewijn, die 62 jaar werd, zette zich met grote ijver in voor Israël. Op momenten dat anderen het land meden, zocht hij het juist op.
Pee Koelewijn werd op 1 mei 1940 geboren in Bunschoten-Spakenburg. In 1989 trad hij in dienst van Christenen voor Israël. Hij was hoofdredacteur van het blad "Christenen voor Israël Aktueel". In 1993 werd hij bestuurslid. Koelewijn was lid van de Nederlands Gereformeerde Kerken.
De organisatie waarvoor hij zich met hart en ziel inzette, werd in 1980 opgericht en stelt zich ten doel christenen in Nederland bewust te maken van de betekenis van het Joodse volk in Gods handelen met deze wereld. Haar boodschap richting de kerken is dat de gemeente van Jezus Christus niet in de plaats van Israël is gekomen, maar dat er nog verschillende belangrijke beloften voor Israël in de nabije toekomst zullen worden vervuld. Zij roept christenen op tot solidariteit met Israël en wijst elke vorm van antisemitisme af.
Die solidariteit uitte zich in diverse acties. Drie jaar geleden deelde Koelewijn, samen met anderen, bijvoorbeeld ruim 100.000 tulpenbollen uit in Israël, inclusief inwoners van Joodse steden en dorpen op de Golanhoogvlakte, de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. "Het gaat erom de mensen een hart onder de riem te steken, anders niets", zei Koelewijn bij die gelegenheid.
Hij was ook betrokken bij de pro-Israël-manifestatie die diverse christelijke en Joodse organisaties, verenigd in het platform Nederland voor Israël, begin juni in Den Haag organiseerden. Ook deze manifestatie was bedoeld om Israël een hart onder de riem te steken en te laten zien dat er in Nederland velen zijn die Israël steunen.
In 1998 zei hij in een interview met het EO-programmablad "Visie" dat werken zijn grootste hobby was. "Zeker sinds 1989 ben ik dag en nacht bezig met Israël." Verdeeldheid noemde hij de grootste ramp voor de kerk.
Koelewijn nam geen blad voor de mond. In 1996 betichtte hij de Messiasbelijdende Jood Klaus Moshe Pülz, voorzitter van ZeLeM, een vereniging die als doel heeft het geloof in Messias Jezus in Israël te verbreiden, van een ,,onchristelijke levenswandel." Die beschuldiging moest hij een tijdje later weer intrekken.
Als voormalig RPF-lid had Koelewijn moeite met het Israël-standpunt van de ChristenUnie. Hij miste de sterke verbondenheid met Israël zoals die er bij de RPF was. Het ging hem om verbondenheid met "land, volk en staat" op grond van heel Gods Woord, Oude en Nieuwe Testament. Hij gaf aan bij Veling, lijsttrekker van de ChristenUnie, en ook bij de buitenlandwoordvoerder van de ChristenUnie, Eimert van Middelkoop, "de warme solidariteitsuitingen, die hij wel hoort bij iemand als SGP'er Koos van den Berg" te missen.

© Reformatorisch Dagblad, alle rechten voorbehouden

[Rolf]

Hier die Übersetzung der holländischen Texte, soweit es mir möglich war.




Der CVI trennt sich von der messianischen Organisation ZeLeM




Christen für Israel in der Kritik

,, Die Nicht-Einhaltung des biblischen Auftrages jedes Christen jüdische Christen in Israel und im Ausland zu unterstützen mit Gebeten, Geschenken und Spenden ist klar Sünde und eine starke Ungehorsam gegenüber Gott. "

Ds. S. J. Bonhof, evangelischer Prediger in der Groningen Foxhol, kritisiert die Organisation "Christen für Israel" in einem Rundschreiben wegen dessen angeblicher, blind dem Judentum in besonderer Weise zugeneigten und sympathisierenden Haltung"(Philosemitismus).

Die Stiftung Christen für Israel (CVI) fordert die Kritik heraus. CVI-Präsident ds. WJJ Glashouwer sagt: Ich glaube, dass wir als "Christen für Israel" gute theologische Gründe haben, das jüdische Volk ,auch mit Handlungen zu trösten. "

Ds. Bonhof stützt sich auf das Rundschreiben von Klaus Mosche Pülz und dessen nach seiner Überzeugung messiasbeleidigende oder (und holocaustverleugende ) Inhalte. Klaus Moshe Pülz hat sowohl in der israelischen Herzliya wie im westdeutschen Guntersblum ein Büro. Pülz ist Vorsitzender des ZeLeM, einer Vereinigung, deren Ziel es ist den Glauben an Jesus als Messias in Israel zu verbreiten.

Der evangelische Prediger Freitag fordert in dem Schreiben, dass der Auftrag von Pülz und allev anderen Christen immer wieder ist, das Zeugnis des reinen Jeshua HaMessiach dem Volk Israel zu verkünden.

"Hier hat er einen scharfen Angriff auf die Stiftung" Christen für Israel ".
Ds. Bonhof:,, Es ist nach unserer Ansicht nach nicht ausreichend, spielerische und kommerzielle Dinge nach Israel zu bringen, denn dann sind sie leider falsch. Die Heilige Schrift lehrt, dass es zuerst gewährleistet sein muss, einschließlich dem finanziellen, für die Verkündigung des Glaubens. Dabei handelt es sich in erster Linie aber um die jüdischen Christen ".

Konfrontiert mit dem Inhalt des Rundschreibens, sagt Pee Koelewijn den Christen für Israel, dass seine Organisation nach wie vor den Standpunkt vertritt, dass nicht ein Christ aus den Heiden, sondern messiasgläubige Juden das Evangelium in Israel verkünden müssen.

Der CVI-Sprecher sagt, dass Christen für Israel Kontakte mit messiasgläubigen Vorstehern und Gemeinden unterhält.
Außerdem sagt Koelewijn, dass er dringend weg von der Person von Klaus Moshe Pülz will. ,, Ich werfe ihm, nachdem ich Informationen von drei verschiedenen Personen erhielt, ein unchristliches Leben vor".

Auf Anfrage antwortete der ZeLeM-Präsident Pülz Koelewijn in Bezug auf den Vorwurf eine große Sünde in seinem Leben zu finden: ,, Ich weiss jedoch, dass mit Geld Schauspieler bezahlt werden, um Menschen Vorwürfe zu machen. Außerdem habe ich mit zwei der drei Personen gesprochen, die Koelewijn als Quelle seiner Anschuldigungen in der Vergangenheit Korrespondenz an mich mitteilte, weil sie mich ohne Beweise belasten ".

CVI-Präsident DS. W. J. J. Glashouwer, sagt, dass er sich distanziert von allem, was mit K. M. Pülz zu tun hat. ,, Ich habe christliche Gründe, nicht weiter mit ihm zu gehen. Mit DS. S. J. Bonhof will ich aber weiterhin Gemeinschaft haben für eine theologische Reflexion. "
Datum: 10-01-1997

Pee Koelewijn bedauert die Verunglimpfungen von K. M. Pülz

Von unserem kerkredactie Nijkerk

Pee Koelewijn, Direktor der Christen für Israel (CVI), bedauert die Erklärungen, die er gegenüber dem Vormonat in dieser Zeitung getan hat in Bezug auf die israelischen Messiasgläubigen oder Klaus Moshe Pülz.

Koelewijn reagierte sehr kritisch auf Pülz. DS. S. Bonhof verwendet ein Zitat aus Israel in einem Rundschreiben über die öffentliche Kritik an der Politik der Christen für Israel. Nach DS. Bonhof kommt der CVI dem biblischen Auftrag, die messiasgläubigen Juden zur unterstützen nicht nach. Der Pfarrer sagte, dass in seinem Rundschreiben, dies sei eine starke, klare Sünde und Ungehorsam gegenüber Gott.

"Zuvor reagierte Pülz auch sehr kritisch in Bezug auf die Politik der CVI.
In einer Reaktion hat der Koelewijn in der Zeitung, 17. Dezember erklärt, sich von der Person K.M.Pülz zu trennen. Er sagte: "Ich werfe ihm nach Informationen von drei verschiedenen Personen, ein unchristliches Leben vor".

In einem Schreiben von Mittwoch bittet Koelewijn, weil er dieses Urteil vorgenommen hatte, um ein herzliches Wort der Entschuldigung ". Er bedauert, nicht, wie Matthew 18:15-17 auf diesem Prinzip gehandelt zu haben..
Datum: 04-04-1997

Koelewijn zieht Anklage gegen Pülz zurück

Von unserem kerkredactie Nijkerk –

Pee Koelewijn, Direktor der Christen für Israel (CVI) hat den Vorwurf Messiasgläubigen Klaus Moshe Pülz aufgehoben. Koelewijn hatte Pülz im Dezember ein unchristliches Leben vorgeworfen .

Den Vorwurf gegen Pülz weiterhin aufrechtzuerhalten, schüre böses Blut, wodurch die Gründung von Zelem belasted sei. Ein Berater von Koelewijn verlangte, dass Koelewijn sich für seine Worte innerhalb eines Monats zu entschuldigen.

Hr. S. T. Pel, der Berater von Pülz machte zu dem Vorwurf deutlich, es sei nicht seine Aufgabe eine einstweilige Anordnung zu beantragen und drohte mit einer Verleumdungsklage. Koelewijn hat jetzt seine Behauptung zurückgenommen. Laut Herrn Pel-Client gibt es Zufriedenheit mit dieser Geste.

Ds. S. J. Bonhof, Ansprechpartner in den Niederlanden der Organisation von Pülz, sagte heute morgen in einer Reaktion, dass die Vorwürfe gegen Pülz jetzt fallen gelassen wurden. Er findet es bedauerlich, dass dies unter Zwang geschah. ,, Daher möchte Cvi auch nur 1000 Gulden für die Aufwendungen zahlen statt 2000, Darum bitten sie. Aber wir müssen noch reden miteinander ".
Datum: 10-09-2002

Pee Koelewijn (1940-2002)

Nijkerk - Nach einer Erkrankung von mehreren Tagen ist Pee Koelewijn, die treibende Kraft hinter den „Christen für Israel“, heute morgen verstorben. Er hatte Herzprobleme. Koelewijn,, der 62 Jahre alt wurde, war mit großem Eifer für Israel tätig. In Zeiten, in denen andere Länder dies versäumten, sah er es richtig.

Pee Koelewijn wurde geboren am 1. Mai 1940 in Bunschoten Spakenburg-. Im Jahr 1989 trat er in den Dienst von Christen für Israel. Er war Herausgeber der Zeitschrift "Christen für Israel Loc". Im Jahr 1993 war er Vorsteher. Koelewijn war Mitglied der niederländischen reformierten Kirche.

Die Organisation, für die er mit Herz und Seele kämpfte, wurde 1980 gegründet und will Christen in den Niederlanden das Bewusstsein für die Bedeutung des jüdischen Volkes und Gottes Handeln in dieser Welt deutlich machen. Ihre Botschaft an die Kirchen ist, dass die Gemeinde Jesu Christi nicht an die Stelle von Israel gekommen ist, sondern dass noch mehrere wichtige Versprechen an Israel in naher Zukunft erfüllt werden. Er fordert Christen zur Solidarität mit Israel aufund lehnt jegliche Form von Antisemitismus ab.

Eine solche Solidarität drückt sich in verschiedenen Aktionen aus. Vor drei Jahren informierte Koelewijn, zusammen mit anderen, dass zum Beispiel mehr als 100.000 Tulpenzwiebeln nach Israel gebracht wurden, die einschließlich bei den jüdischen Einwohnern von Städten und Dörfern auf den Golanhöhen, im Westjordanland und dem Gaza-Streifen gepflanzt wurden. "Es geht um Menschen, die ein Herz für das jüdische Volk haben, sonst nichts", sagte Koelewijn bei dieser Gelegenheit.

Er war auch an der Pro-Israel-Kundgebung beteiligt, bei der die verschiedenen christlichen und jüdischen Organisationen, eine Plattform in den Niederlanden und Israel bildeten, die Anfang Juni in Den Haag organisiert wurde. Dieses Ereignis wurde in Israel bekannt gemacht um zu zeigen, dass es viele in den Niederlanden gibt, die Israel unterstützen.

Im Jahr 1998, sagte er in einem Interview mit der EO-Programm Zeitschrift "Vision", dass dies sein größtes Hobby war. "Natürlich seit 1989, arbeite ich Tag und Nacht für Israel."

Koelewijn hat kein Blatt auf den Mund. Im Jahr 1996 er bezichtigte er den Messiasgläubigen Juden Klaus Moshe Pülz, Präsident der ZeLeM, einer Vereinigung, deren Ziel es ist den Glaube an Jesus den Messias in Israel zu verbreiten, ein,, unchristliches Leben zu führen. "Diese Anschuldigung hatte er einige Zeit später widerrufen.

Als ehemaliges Mitglied der RPF hatte Koelewijn Probleme mit der israelischen Position der ChristenUnie. Er verspürte starke Bande mit Israel. Es war sein Engagement für "Land, Nation und Staat" unter dem Wort Gottes, Alten und Neuen Testaments. Er betätigte sich in Veling, auf der Liste der christlichen Union, und auch in dem Ausschuss für auswärtige Angelegenheiten der ChristenUnie, Eimert van Middelkoop, "mit warmen Solidaritätsbezeugungen.

© Reformatorisch Dagblad, alle Rechte vorbehalten

[keine Hoffung mehr]

Auf Nachfrage über den Wahrheitsgehalt , wurde folgende Antwort schriftlich erhalten.


We don't know anything about this issue, including Rev. Glashouwer.


Thank you,

Jolieke Verweij
Executive Assistant
Christians for Israel International

[Rolf]

Also dass die jetzt von nichts wissen wollen, ist mehr als eigenartig. Immerhin haben die den ersten Schritt gemacht und die Verbindung zu "Zelem" gekappt.

Zu einem Rückzieher kam es schließlich durch die Anwälte von Herrn Pülz. Da scheint doch ein erhbliches Angstpotential vorzuliegen.

Herzliche Grüße


Rolf

[keine Hoffung mehr]

Eine schriftliche Antwort eines zurückgetretenen Vorstandes von ZeLeM, der hier oben auch erwähnt wird, bezüglich dessen, was Herr Pülz 2006 / 2007 gemacht hat.


Sie sind Nachtragend ! So kann man das nicht machen für der Augen Gottes.
Unser treue Gott und Vater soll es richtig machen mit Pülz. "Mein ist die
Rache und die Vergeltung." Deut. 32:35a. Bitte, verstehen Sie das!!!
Herzliche Grüszen und Gott befohlen.

[keine Hoffung mehr]

Eine schriftliche Antwort eines anderen zurückgetretenen Vorstandes.





Haben Sie Dank für Ihre Mühe, uns so viele Briefe zu senden.
Wie Sie sich denken können, sind wir erschüttert über die darin zu Tage kommende Bösartigkeit Ihnen allen gegenüber. Erneut sind wir bestätigt darin, frühzeitig Konsequenzen aus dem irrwitzigen Verhalten von Hr. Pülz gezogen zu haben. Wir können diese Bösartigkeit Ihnen und ihrer Frau gegenüber nicht fassen. Bisher haben wir Herrn Pülz in dieser Weise noch nicht kennengelernt. Allerdings bin ich seit Oktober 2006 ebenfalls selbst in übler Weise von ihm attackiert worden, so dass ich andererseits nicht überrascht bin. Wir haben daher jeglichen Kontakt zu ihm abgebrochen. Ich würde an Ihrer Stelle alle Briefe, so noch kommen sollten, ungelesen retournieren.
Ich wusste von bösen Briefen an Sie und habe Herrn Pülz mehrfach darauf hingewiesen, dass zu einer aufrichtigen Buße auch der Versuch gehören müsste, Sie als Eltern für die angetanen Übel um Verzeihung zu bitten. Vergebens. (Er gibt ja vor inzwischen Buße getan zu haben).

Bitte versuchen Sie alle diese Briefe und ihren Inhalt zu ignorieren. Aber es ist mir klar, dass dies einfach gesagt ist.
Wir fühlen jedenfalls mit Ihnen, Ihrer Frau und ihrer Tochter. Auch Ihnen und ihrer Tochter wünsche ich, dass sie es mit Gottes Hilfe schaffen, sich innerlich weit von Herrn Pülz zu distanzieren und seine destruktiven Äußerungen nicht mehr unter die Haut gehen zu lassen. Nur so können Sie wieder Schritte in ein normales Leben finden.

Eine derart üble Verhaltensweise, wie Herr P. sie immer noch aufrecht erhält, kann nur in einem Fiasko enden.

[keine Hoffung mehr]

Obwohl es vielleicht für den einen oder anderen müssig ist so etwas zu lesen, wie Christen sich schriftlich über Zelem geäußert haben , hier noch ein Antwortscheiben von einem christlichen Journalisten.
Wenn also religiösen Sondergruppen abscheulich behandelt werden, freuen sich 4000 Anhänger über den Terror ihres Führers, dass er eine junge Frau so kaputt gemacht hat, das die sie ein geistiger Krüppel ist. Ich werde nie verstehen, dass alle Christen wegschauen und nicht alles berichten was der Hr. Pülz über Jahrzehnte gemacht hat. Es gibt bestimmt Menschen, die nährees über die ganzen Jahrzehnte wissen.

„Ich habe zu Herrn Pülz überhaupt keine Beziehung. Seine Zelem-Blatt ist mir allerdings seit Jahren bekannt.
Als im Herbst 1998 bekannt wurde, dass der Medienverbund (für den ich Korrespondent bin) ein Korrespondentenbüro in Jerusalem aufbauen will, griff Herr Pülz uns an, noch bevor er mich kannte. Im November 1999 habe ich ihn in Herzelia besucht.
In der Folge hat er sich mehrfach über mich in seinen Veröffentlichungen geäußert, wobei außer meinem Namen und dem der Organisation, für die ich arbeite, so ziemlich alles unwahr war.
Dass Herr Pülz in der Lage ist, Menschen sehr unter Druck zu setzen bzw. Terror auf sie auszuüben, ist mir bekannt“.

„Von Straftaten des Herrn Pülz ist mir nichts bekannt. Ich weiß nur, dass verschiedene Israelwerke Gerichtsverfahren mit ihm hatten. Seine Anhänger traten bei meinen Vorträgen sehr aggressiv und penetrant auf, wenn ich die Arbeit von Zelem nicht erwähnt habe“.

„Ich habe selbst Töchter - und was Ihnen passiert ist, ist mein Albtraum!“


„Ich als Journalist kann noch viel weniger tun - wenn ich mir nicht ein Gerichtsverfahren einhandeln möchte“.

[keine Hoffung mehr]

Schriftliche Zitate eines Theologen, der in Tübingen studiert hat, über ZeLem.

„Was Ihnen geschehen ist, tut mir sehr leid. Ich habe mit Herrn Pülz keinerlei Kontakt. Er hat mich ungefragt in seinem Heft zitiert. Herrn Werner kenne ich“


„Ich meinerseits habe noch nie einen Prozess angefangen, da dies im Wort Gottes (1. Kor 6) ganz klar abgelehnt wird. Der HERR segne und stärke Sie!“

[keine Hoffung mehr]

Zitate eines Fachmannes.

"Recht herzlichen Dank für Ihre Rückmeldungen. Aus Ihrem Schreiben lese ich unendlichen Schmerz und auch Wut und Ärger über so viel Ignoranz und Gleichgültigkeit gegenüber etwas, das offensichtlich nicht einfach nur "krank" sondern verbrecherisch ist. Als Leiter des Projektes sexuelle Gewalt in meiner Freikirche und jemand der intensiv im Bereich Psychotraumatologie gearbeitet hat, ahne ich nur zu gut, welch eine Hölle Sie und Ihre Familie durchgemacht haben und noch durchmachen. Bevor ich auf den Auslöser Ihres Schreibens eingehe, erlauben Sie mir bitte deshalb einfach mein tief empfundenes Mitgefühl auszudrücken. Natürlich haben Sie davon herzlich wenig. Aber die Solidarität zu verweigern ist hier noch weniger als gar nichts! Ich wünsche Ihnen von Herzen, dass Sie gute Gesprächspartner finden, mit denen Sie Ihre Not mit der ganzen Situation bearbeiten können. Ohne banalisierend und allzu "hoffnungsfroh" klingen zu wollen - meine Erfahrungen in der Arbeit mit schwerst traumatisierten Menschen ist: Heilungsprozesse sind schmerzlich, sind langwierig, aber sind möglich!

Nun aber zu Ihrer Anfrage. Vorweg einmal: heute erreichten mich eine Reihe von e-Mails, die Bezug auf den Zeitungsbeitrag nahmen, von dem ich bislang überhaupt noch nichts gewusst hatte. Ich habe einen Beitrag für die aktuelle Ausgabe der Fachzeitschrift "Psychotherapie & Seelsorge" geschrieben, der sich in erster Linie mit der theologischen Sichtweise der Sexualität befasst hat. Diesen Artikel hat die Zeitung zum Anlass genommen, eine Pressemitteilung herauszugeben, die nun auf einer ganz anderen Ebene Anfragen hervorgerufen hat. So schnell kann es gehen, dass - gut gemeint - etwas aus dem ursprünglichen Zusammenhang herausgelöst und dann auch missverständlich wird.

"Fromm" ist ein problematischer Begriff - wie Sie selber nur all zu gut wissen. Was Sie von den Erlebnissen Ihrer Tochter schreiben, hat weder mit gesunder Frömmigkeit noch mit gesunder Sexualität zu tun. Da gibt es überhaupt keine Diskussionen. Glaube ist als solches auch nicht messbar. Aber wenn Jesus sagt: "An ihren Früchten sollt ihr sie erkennen" gibt es eben doch eine Möglichkeit, Frömmigkeit oder Spiritualität zu messen. Dazu gehören u.a. Fragen nach der Übereinstimmung mit der eigenen Glaubenstradition, Fragen nach Gottesdienstbesuch, regelmäßigem Gebet oder Fragen zum Verstehen und Erleben des Glaubens.

Wenn solche "Messungen" (in diesem Fall aus einer Fragebogenerhebung) durchgeführt werden, können dadurch Trends sichtbar werden, die wiederum nicht auf den Einzelfall zurückschließen lassen - sehr wohl aber auf die Gesamtheit. Worum es in meiner Argumentation ging, ist folgendes: aufgrund von Einzelfällen oder verzerrten Wahrnehmungen wird oft behauptet, Christen seien verklemmt, könnten Sexualität nicht genießen etc. Dies wird z.B. oft wegen der größeren Enthaltsamkeit vor der Ehe so dargestellt. Dies mag auch hier und da stimmen. Insgesamt gesehen stimmt es aber eben nicht. Wenn überhaupt, stimmt das Gegenteil. Gläubige Menschen können sehr hohe sexuelle Zufriedenheit erreichen (und sind deshalb gar nicht erst auf wechselnde Partner, bizarre Praktiken, sexuelle Gewalt angewiesen).

Der eigentliche Schwerpunkt meines Artikels lag auf theologischen, nicht sozialwissenschaftlichen Fragen. Hier geht es mir gerade um die Trennung von Spiritualität und Sexualität. Dort wo es zu Vermischungen kommt, also Sex quasi zum religiösen Kult wird, kann man sich m.E. nicht mehr auf die Bibel berufen. Dies geschieht aber leider auch manchmal mit sehr "frommen" Vorzeichen (hier sind wir wieder bei dem schwierigen Begriff). Ich vermute, dass auch Herr Pülz sehr "fromme" Argumentationen verwendet hat. Allerdings ist auch die umgekehrte Argumentation (sexuelle Enthaltsamkeit als Mittel, Gott zu gefallen) sehr problematisch. Wenn ich an etwas nicht denken soll, und mich bemühe, nicht daran zu denken, dann bin letztendlich ständig mit dem Thema befasst....

Ach, lieber Herr X , ich ahne, dass Sie im Grunde nicht mit mir argumentieren wollten, sondern Ihre Not los werden wollten. Das ist wohl auch recht und billig. Vielleicht habe ich hier ja zu viel geschrieben - vielleicht aber hilft Ihnen dieser Ansatz auch ein kleines Stück weiter.

Tiefen Frieden Ihnen und Ihrer Familie!"

[keine Hoffung mehr]

Drohschreiben an eine Zeitung eines Anhängers, das auch die Generalstaatsanwaltschaft kennt.

„Mir mißfällt das verbreitete Afterreden in evangelikalen Kreisen. Als ich
noch im Verein des Evangeliumsrundfunks tätig war, tuschelten
Vereinsmitglieder unter vorgehaltener Hand: "Wissen sie schon, daß Corie ten
Boom eine verkappte Pfingstlerin ist?" Daran kann ich mich noch gut
erinnern. Die Evangelikalen sind sehr anfällig gegenüber Desinformationen,
weil das kritische Denken bei ihnen unterentwicklt und teilweise sogar
verpönt ist. Geistliche Wachsamkeit ohne kritisches Denken kann ich mir
nicht vorstellen.
Sie schreiben: "Und auch Herr Z hat meines Wissen nie von juristisch
strafbaren Handlungen gesprochen." Das stimmt nicht. Herr Z, den ich bis
dato überhaupt nicht kannte, hat in einem Schreiben vom 16.08.2008 an mich
behauptet, Herr Pülz hätte seine Tochter vergewaltigt. Meines Wissens hat
Herr Z diese Behauptung sehr weit gestreut. Eine Vergewaltigung ist eine
strafbare Handlung. Herrn Pülz ist zu raten, gegen Herrn Z gerichtlich
vorzugehen.
Augenscheinlich unterstützt W das Gerücht, Herr Pülz hätte
eine strafbare Handlung begangen. Mehrfach hatte ich W
gefragt, ob er belastbare Unterlagen hat, welche eine strafbare Handlung von
Herrn Pülz belegen. Herr W stets ausweichend geantwortet und
eine klare Auskunft verweigert. Ich halte das Gebaren von W nicht für korrekt. Von W
muß verlangt werden, sich klar zu äußern, ob seiner Meinung nach Herr Pülz eine strafbare
Handlung begangen hat oder nicht. Im ersteren Falle muß er belastbare Belege
bringen.
Ich respektiere die Privatsphäre meiner Mitmenschen. Deshalb beschränke ich
mich darauf, der Behauptung entgegenzutreten, Herr Pülz hätte eine strafbare
Handlung begangen.
Ich will nichts hinter dem Rücken anderer Leute reden, deshalb versende ich
Kopien auch dieses Schreibens.“


----------------------------------------

Da man mit E- Mails bombardiert wurde, die alle auch die Generalstaatsanwaltwschaft bekommen hat, hier Zitate der Mails eines Zelem Anhängers.



„Sie schreiben heute: "ich fordere Sie ein letzes Mal auf, mir nicht mehr
nachzustellen und mich nicht weiter zu beleidigen." Festzuhalten ist, daß
ich von der Existenz Ihrer Person überhaupt keine Kenntnis hatte, bis ich
völlig unerwartet und überraschend am 09.08.2008 von Ihnen eine Email
erhielt mit Vorwürfen gegenüber Herrn Pülz.
Ich hatte überhaupt keine Ahnung von den Vorgängen im Zusammenhang mit Herrn
Pülz, bis Sie mir am 16.08.2008 schreiben: "wenn Frauen vergewaltigt wurden
wie meine Tochter , haben sie wie mir Ärzte sagen Ängste!
Dieser Satz enthält die Behauptung, Herr Pülz hätte Ihre Tochter
vergewaltigt. Nach meinen Recherchen liegen für diese Behauptung keine
belastbaren Belege vor. Meine Rückfragen haben ergeben, daß auch Herr
W solche Belege nicht hat.
Meines Erachtens liegt hier der Tatbestand der üblen Nachrede und der
Verleumdung vor. Nach Auskunft meines Rechtsanwaltes müssen Sie mit einem
Strafverfahren rechnen."
--------------------------------------

Unglaubliche Beleidigung eines Zelem Anhängers, die auch die Generalstaatsanwaltschaft kennt.


„Für Ihre Behauptung, Herr Pülz hätte eine strafbare Handlung begangen, gibt
es meines Wissens keine belastbaren Belege. Es hat auch kein Prozeß
stattgefunden mit einem entsprechenden Gerichtsurteil. Meine Rückfragen
haben ergeben, daß auch Herr Wkein Material in Händen
hat, das eine Straftat von Herrn Pülz belegt. Von U habe ich keine
Antwort erhalten, folglich hat auch U kein Herrn Pülz belastendes
Material. Ich muß also davon ausgehen, daß es sich bei Ihren Agitationen um
eine gezielte Verleumdungskampagne handelt.
Wie Sie mir mitteilten, haben Sie Ihre Verleumdungen auch an folgende
Personen geschickt, die ich noch informieren muß:
Blumenthal, Bundestag
Israel, Innenministerium
Morgenpost, Redaktion
Sahm, Ulrich, Israel
Gerloff, KEP
Griess, Präsident Fecris
Hagalil, Jüdischen Pressagentur
Lehmann, Kardinal
Schmid, Prof., Schweizer Sektenberater.
Lademann-Priemer, Dr., Hamburger Sektenbeauftragte
Sektenberatungsstelle Essen
Brandt, Dr., Oberrabbiner, Augsburg
Katholische Universität Augsburg
Idea
Beyerhaus, Prof. Dr.
Messianische Judengemeinden in Europa
Zentralrat der Juden in Deutschland
Zentralrat der Moslems
Jüdische Zeitung
Zentralstelle für Sektenfragen in Berlin

Ihr Verhalten macht auf mich einen pathologischen Eindruck. Es kann
allerdings auch sein, daß Sie die Aktivitäten von Herrn Pülz in Israel
bekämpfen wollen. Darauf deutet der obige Verteiler hin.
In Betroffenheit „

[keine Hoffung mehr]

Schriftliches Anwortschreiben eines sehr bekannten holländischen Geistlichen.


" Ich wusste das etwas nicht gut war mit Klaus Pülz, habe auch sichere Fakte
gehört und mich direkt distanziert von Pülz. Ich hoffe das Recht geschehen
will ."

[keine Hoffung mehr]

Unglaubliche Beleidigung / Auszug eines Schreiben von einer ZeLem Anhängerin an Pastor Wiesenhütter.
Das ganze Schreiben hat die Generalstaatsanwaltschaft erhalten.

"Zu prüfen waere hier also vor allem einmal sein Missbrauch am eigenen Kind – und ich wiederhole: an der nunmehr schon erwachsenen Tochter! Dazu muesste der Fall Josef Fritzl in Amstetten nun erst recht hellhoerig machen"

(s. Quelle:

Please Login HERE or Register HERE to see this link!

).

[keine Hoffung mehr]

Zitate aus Schreiben eines Kenners der Szene

„Ich kann nur ahnen wie groß ihr Schmerz sein muss.

Ohne amtlich bewiesene Fakten, kann man leider nichts ausrichten. Alles
beruht auf Aussage gegen Aussage.

Ich kenne viele messianische Vereine und pflege auch einen guten Kontakt zu
fast allen - auch wenn wir unterschiedliche Aufgaben und Überzeugungen
haben. Leider gibt es immer wieder Ausnahmen.

Für Ihre persönliche Situation kann ich nur empfehlen, sich nicht noch
zusätzlichen Schmerz mit einer Kampagne zuzuführen. Anders ist es für eine
Person, die das persönlich distanzierter angehen kann. Dazu sind leider
andere Werksleiter nicht geeignet. Denn sofort entsteht der Verdacht einer
Abrechnung der Werke. Es müsste also eine absolut neutrale Person sein.
Bonhoeffer war neutral. Er war keine Würdeträger oder Leiter einer Kirche
oder Organisation. Seine Aktion war auch nicht erfolgreich. Am
erfolgreichsten war Jesus. Seine vielen Nachfolger brachten es durch eine
friedliche Revolution fertig, dass schreckliche römische Reich zu verändern.
Im Falle von Herrn Pülz hat sich der holländische Verein anscheinend von ihm
distanziert. Das wird wohl auch in anderen Fragen aufwerfen. Dann müssen sie
sich entscheiden. Entweder sie glauben den holländischen Vertretern oder sie
halten zu Herrn Pülz.

„Die Situation ist traurig. Jeder behauptet der andere hätte verleumderische
Absichten. Herr Pülz hat schon einige Prozesse gegen andere geführt mit dem
Tatbestand der Verleumdung. Je mehr Sie sich mit ihm abgeben, desto mehr
Anlass geben Sie ihm, Sie wieder anzugreifen.
Die einzige Empfehlung, die ich Ihnen geben kann: Gehen Sie nicht mehr auf
ihn ein. Suchen Sie Hilfe bei Ihrem Pastor und legen Sie alles in die Hände
Gottes der sagt:

Römer 12,19 Rächet euch selber nicht, meine Liebsten, sondern gebet Raum
dem Zorn Gottes; denn es steht geschrieben: "Die Rache ist mein; ich will
vergelten, spricht der Herr."

„In seiner Zeitschrift greift Herr Pülz alle Organisationen und Mitmenschen
an, die nicht für ihn sind. Er ist in jahrelange Konflikte verwickelt. Er
versteht es so, dass sich die ganze Welt gegen ihn verschworen hat und fühlt
sich darin in seiner prophetischen Sendung und Aufgabe bestätigt. Wer ihm
die Treue hält, wird in allem nur eine neue Verleumdung vermuten.
Interessanterweise schätzen viele seine Berichterstattung. Deshalb können
nur amtlich bestätigte Beweise und Fakten etwas ausrichten. Und auch wenn
diese vorhanden sind, werden einige ihm treu zur Seite stehen.“

[keine Hoffung mehr]

Please Login HERE or Register HERE to see this link!

Auszug einer Holocaust Überlebenden Seite von 1995.

„Nach dem Bericht der renommierten Zeitung Haaretz gibt es derzeit in Israel 30 christlich-messianische Sekten.“


„Zupackender als die drei genannten Gemeinschaften ist die „Messianische Bekenntnisgemeinschaft“, die unter der Leitung von Klaus Moshe Pülz steht, in Deutschland verwurzelt ist und die Zeitschrift „ZeLeM“ (zawta' lecedût meschichît) herausgibt. Die wichtigsten Stichworte zur Charakterisierung dieser Bewegung sind: endzeitliche Deutung der alt-und neutestamentlichen Bibel, Verkündigung Jesu als Messias der Juden, Aufforderungen an Juden und Christen, sich zu Christus und damit zu Gott zu bekehren, Engagement für Politik und Religion der Juden, wobei der Staat Israel als ein endzeitliches Zeichen gilt. In ZeLeM Nr. 108 (Okt. 1993) heißt es S. 5:
Der wissende Christ und Israelfreund empfindet gerade in diesen Tagen in besonderer Weise, wie die endzeitliche Entwicklung gewaltige Fortschritte macht . . . Aber auch das Medienspektakel um den angeblich nun ausgebrochenen Frieden zwischen Israelis und Arabern macht deutlich, wie sich die Menschheit — und dabei ist Israel mit eingeschlossen — weiter und weiter vom Heils- und Friedensplan Gottes entfernt.
Mk 13,9-13 wird dann als Beleg zitiert.
Neben der Messianischen Bekenntnisgemeinschaft wirkt auch die „Internationale christliche Botschaft“ unter Vorsitz von Willem van der Hoeven in Israel. Sie ist nicht judenmissionarisch. Die „Botschaft“ unterstützt Israel mit Geld: Die Juden sollen in ihrem Judesein und als Staatsbürger Israels gefördert werden. Van der Hoeven wurde in Israel als „Zionist des Jahres 1991“ ausgezeichnet.“

[keine Hoffung mehr]

Zitate eines eines Schriftstückes.

"Es ist viele Jahre her, da habe ich auch die Zelem-Nachrichten bekommen. Ich weiss aber nicht, wie sich Herr Pülz weiter entwickelt hat. Ich erinnere mich nur, dass er zu ziemlichen journalistischen Rundumschlägen ausholen konnte.

In einem solchen Fall gibt es nur eins: Völligen Kontaktabbruch! Wer Lügen über mich verbreitet und nicht einsehen will, dass er Busse tun sollte - da wird ein Anderer Gericht sprechen! Wir aber sollen nichts mit ihnen zu schaffen haben!"

[keine Hoffung mehr]

Zitate eines anderen Gläubigen:

"ich habe vor ca. 15 Jahren eine Weile den Rundbrief von Herrn Pülz
bezogen, die kritische Sicht von E mitbekommen, den
Rundbrief abbestellt und seither nichts mehr gehört über Hr. Pülz".

[keine Hoffung mehr]

Zitat aus einem merkwürdigem Gästebuch wo Herr Pülz auch gepostet hat .

Please Login HERE or Register HERE to see this link!

"Wer im Geiste der Apostel Judenmission betreibt, wird von den Juden auch heute nichts anderes zu erwarten haben, als bekämpft zu werden. Franz-Xaver, Sie sollten sich erst einmal selbst "missionieren" lassen und den Christus erkennen, bevor Sie sich öffentlich zu Themen äußern, von denen Sie offensichtlich nichts verstehen. Judenmissionare wie Klaus Mosche Pülz, die in Israel wirken, sollten Ihren Unsinn hier einmal zur Kenntnis nehmen und angemessen darauf reagieren".

[keine Hoffung mehr]

Zitat eines weiteren Geistlichen , der auch mit E-Mails bombardiert wurde, durch einen Zelemanhänger, der sich aber nicht als Zelemanhänger dem Geistlcihern zu erkennen gegeben hat, aber auf den Zelem Seiten einfach aufgeführt wird.

"Es tut mir sehr leid, dass Ihre Tochter und Sie solche Dinge - nun auch noch
bei der Aufarbeitung - durchleiden müssen. Zelem ist mir jedoch nicht
bekannt, sondern ich habe damals lediglich auf einen Brief von Herrn K
reagiert, der mit seinen Schreiben das Land überzieht. Einer dieser Briefe
ging nun doch zu weit, so dass ich eben scharf geantwortet habe. Daraufhin
bin ich ebenfalls von irgendwelchen Emailschreibern bombardiert worden, die
versuchten, mich weiter aus der Reserve zu locken - ich habe jedoch nie mehr
reagiert und bin überzeugt, dass das richtig war.

In Ihrem Fall ist es doch nun etwas ganz anderes, weil es um eine mögliche
Straftat geht. Ich kann Ihnen nur raten, die Sache von der
Staatsanwaltschaft gründlich prüfen zu lassen und wenn sich der Verdacht
bestätigt, auch Anklage zu erheben. Mit einer Einsicht von Herrn K und
seinen Genossen können Sie aber vermutlich nicht rechnen, falls dennoch, um
so besser.

Sie sehen ja, dass sich einmal ins Netz gestellte Äußerungen für immer
halten. Deshalb bin ich auch jetzt zurückhaltend. In Ihrer Stelle aber würde
ich alle rechtlichen Möglichkeiten ausschöpfen.

[keine Hoffung mehr]

Ein weitere Antwort eines Fachmannes.


"Offensichtlich ist auf jeden Fall, dass Herr Pülz seine "Macht" und seine Position
missbraucht hat, um sich Vorteile zu verschaffen.
Ohne Rücksicht auf Menschen und auf die Folgen.
Sehr verantwortungslos und unethisch!!!"

[keine Hoffung mehr]

Zitat aus der Kontaktsperre eines Anwaltes über das Amtsgericht Mainz gegen Herrn Pülz.

"In der Vergangenheit haben Sie auf Kontakt zu meiner Mandantin , auch die vorbezeichneten Eltern meiner Mandantin und dritte Persionen
im Umfeld meiner Mandantin mit Korrespondenz überzogen, ihre Sekretärin zu meinen Mandanten geschickt, Telefonate geführt und ähnliches mehr.
In einem großen Teil dieser Korrespondenz haben sie meine Mandantin beleidigt und herabgesetzt. Ihr Verhalten dürfte in weiten Teilen nötigend und beleidigend sein. Des weiteren verletzen Sie die Initimsphäre meiner Mandantin."

"In der Verganheit gab es zwischen Ihnen und meinen Mandanten diverse Kontakte. Insbesondere bekommen meine Mandanten permanent unerwünschre Briefe, es gibt Anrufe und sonstige Kontaktversuche. Sie schreiben siogar den Arbeitgeber meines Mandanten an".

...

Sollen Sie sich an diese Untersagung nicht halten, werde ich meinen Mandanten dringened empfehlen, gerichtliche Hilfe in Abspruch zunehmen.